De horoscoop van Waterman van vorige week:
Je kunt een liefdesrelatie of een ontmoeting met een wildvreemde verwachten. Jij verbindt je op zielsniveau met diegene.
De kans bestaat dat je een onrustige week krijgt met hoge emotionele pieken. Deze onrust houd je wel flexibel en alert. Je kunt geluk proeven zoals maar weinigen meemaken.
Ook in jouw werksfeer zul je flink vooruit komen als je meer samenwerkt. Het persoonlijke contact wordt in jouw werk steeds belangrijker en daar ga je ook aan werken. Het is een goede week voor je carrière.
… waarmee de onzin van horoscopen maar weer is aangetoond. Het waarom komt zo.
Maandag 17 maart waren we met een delegatie van de gemeenteraad op bezoek bij Provinciale Staten, om onze input te geven over de Provinciale Structuurvisie. Met de nieuwe Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) wordt dat een nieuw fenomeen in RO-land. In hoeverre precies moeten we nog zien: het Streekplan, tot nu toe een van de belangrijke instrumenten van de Provincie, is al vele malen herzien, waarmee het als kader niet zo heel veel voorstelt. Ik heb dus ook van de gelegenheid gebruik gemaakt om mijn zorgen over te brengen naar de statenleden dat de provincie te weinig haar gemeentegrensoverstijgende rol op zich neemt en afdwingt, hoewel ik een positieve ontwikkeling zie in het proces rondom de RijnGouweLijn, waar de provincie wél bereid was om haar taak uit te oefenen. De discussie die toen even ontstond of contouren nu wel of niet konden worden ingezet in de structuurvisie tussen Oscar Dijkhoff (GL, voor) en Erik Pool (PvdA, tegen) gaf dan weer minder hoop op strakke regie.
Dat zal nodig zijn, want vanuit de Krimpenerwaard, één van de mooiste stukken Groene Hart, werd volop aangedrongen op bouwen, bouwen en nog eens bouwen. Een zeer zorgelijke ontwikkeling. Want er werd wel geschermd met “afspraken”, waarbij de ene gemeente wat meer zou bouwen, en anderen wat minder, de gevraagde actie was alleen het verruimen van de contouren op plekken waar gebouwd moet worden in het groen – niet om de contour vervolgens op de andere plaatsen waar niet gebouwd hoeft te worden wat strakker te leggen. Als argument werd iedere keer “de leefbaarheid” genoemd. Blijkbaar zijn de kernen in de Krimpenerwaard op dit moment ware spookdorpen, waar de resterende bewoners bende-oorlogen uitvechten en zich slechts met kannibalisme in leven weten te houden.
De realiteit is totaal anders. Natuurlijk, er verdwijnen winkels en voorzieningen in die kernen. Dat is de schuld van die gemeentes zelf. Jarenlang heeft men zich gericht op forenzen, mensen met grote portemonnees voor grote woningen “in het groen”. En nu zie je dat die mensen hun boodschappen elders doen, hun vertier ergens anders vandaan halen. Wil je je leefbaarheid verbeteren dan is bouwen, al is het voor de eigen bevolking, niet de enige oplossing. Begin met je ruimte binnen de bebouwde kern creatief te benutten, en weeg daarbij af hoe de toekomst eruit gaat zien. Met toenemende mobiliteit en toenemende welvaart is de dorpssuper niet per sé levensvatbaar. Jongeren mogen dan een aantrekkelijke doelgroep zijn, de huidige generatie ouderen, met een gevulde portemonnee, is de toekomst. Hoe speel je daarop in? Die creativiteit op ruimtelijk en sociaal vlak was niet te horen bij de inspraak.
De problemen die er zijn zullen op een andere manier opgelost moeten worden. Gouda mag dan vaak, ook maandag, de wind van voren krijgen omdat de stad aan het bouwen is, maar vergeet niet dat er ontzettend veel binnenstedelijk wordt opgevangen: Spoorzone, Koningshof en Bolwerk, Ronsseveld, Goudse Poort, etc. Ruimtelijke ontwikkelingen die relatief duur zijn, maar het Groene Hart sparen. Voor dat soort ontwikkelingen zouden gemeentes beloond moeten worden: hef een boete op bebouwen van het Groene Hart, subsidiëer gemeentes die herstructureren en ruimte multifunctioneel gebruiken. De provincie heeft daarvoor de instrumenten: de structuurvisie met een kostenverhaal, verordeningen en de mogelijkheid zelf bestemmingsplannen vast te stellen.
Op deze bijeenkomst werd vanuit de Krimpenerwaard-gemeentes het Veerstalblok ook weer opgebracht. Deze aantasting van het Groene Hart is uit de huidige herziening van het streekplan dat in de inspraak ligt, maar vanuit PS is er druk om het er alsnog in te zetten. Wat mij betreft (maar dat mag je natuurlijk niet hardop zeggen) gaat Gouda het convenant uit 1995 gewoon opzeggen. Na de discussie spraken we nog even met de heer Waterman van de VVD, verklaard voorstander van het industrieterrein. Collega Anita Engbers (die prima het Goudse standpunt vertegenwoordigde die avond) lokte hem uit de tent door te vragen of hij het terrein als regionaal terrein zag – vlakbij ligt immers Gouwepark, een bedrijventerrein dat juist bedoeld is om regionale bedrijven op te vangen. Minzaam lachte de heer Waterman:
Wie zijn hersens gebruikt, die snapte wel dat het industrieterrein Veerstalblok nodig is. En dat zegt niet zomaar een statenlid, dat zegt het Langstzittende Statenlid van Nederland, tevens uitgeroepen tot Beste Statenlid door mijn collega-statenleden.
Ik probeerde het nog met “Ik ben één van de kortstzittende raadsleden, maar heb wel één van de langste achternamen”, wat bij de griffiemedewerkster tot de verzuchting leidde dat het er bij mannen altijd om gaat wie de langste heeft. Het leed was echter al geschied. Ik was op zelfingenomenheid en arrogantie keihard rechts gepasseerd. Gelukkig hadden we daardoor wat om vrolijk over door te praten op de weg terug naar Gouda.