Toch maar weer een blogje over Oosterwei. Niet alleen voor de bezoekersstatistieken, maar ook omdat ik er vandaag weer eens doorheen liep. Niet alleen, maar met de voorzitter van DWARS (de GroenLinkse jongeren, beter bekend als de Femkejügend), Jesse Klaver, die op multiculti-tour is.
Het werd een dag vol teleurstellingen. Niet alleen dat we langs mijn huis liepen (en duidelijk werd dat ik nu echt tot het Grootkapitaal behoor), maar vooral toen de kaart van Gouda op tafel kwam. “En dit is Oosterwei, en dit is het stukje waar de meeste overlast plaatsvindt”. De vierkante centimeter die ik aanwees verdween haast onder mijn wijsvinger.
Jesse was langsgekomen omdat hij zich interesseert voor de problematiek. Zijn ogen lichtten op toen hij hoorde over de plannen voor 10 miljoen euro – hier moest wat aan de hand zijn! Ik vertelde hem dat we 5 probleemgezinnen hebben die aan geen enkele hulpverlening wilden meewerken. Dat was dan weer minder. Gelukkig kon ik met de stapel plannen over wijkontwikkeling en veiligheidscijfers laten zien dat er wel wat aan de hand is.
Je bent radicaal GroenLinks of je bent het niet, dus we liepen naar Oosterwei, de toeristische route. Na de Joubertstraat waarschuwde ik Jesse: “pas op, we zijn nu in Oost!”. Hij bekeek de kapitale woning aan het begin van de Voorwillenseweg. Niet slecht.
De wandeling vervolgde via het Wilsonplein (lokatie multifunctionele gebouw, met o.a. Centrum voor Jeugd en Gezin, dat daar moet verrijzen) naar het hart van de wijk: de De Rijkestraat. Het was druilerig, en slechts de tufsporen op de stoep verraadden de recente aanwezigheid van hangjongeren. We zwaaien naar de camera, voor we in het portiek van mijn oude flat schuilden. Eén ding werd wel duidelijk op deze wandeling: dit is de wijk waar ik ben opgegroeid en naar school gegaan. De postbode had wel eens lastige hangjongeren gezien, maar vond de media-aandacht verder maar overdreven. Jesse friemelde aan zijn kogelvrije vest, en overwoog de helm toch maar af te zetten.
Via de nette kant van de buurt (de koopflats) liepen we terug naar het centrum, naar R&M. Hier waren wel sporen van reljeugd te zien: het slot was uit de deur gesloopt. De R van de buurtvereniging maakte ruimhartig tijd vrij om met ons te praten over R&M, de buurt, en de jongeren. Toevallig stond er ‘s middags een bezoek van korpschef Jan Stikvoort op de agenda, al maanden eerder gepland maar nu zeer actueel. Enkele Goudse Marokkanen, uit Oost en de Korte Akkeren, schoven ook aan.
Wat volgde was een interessant gesprek over zaken waar je als Gouds-Marokkaanse jongere, met goede wil en/of opleiding en/of werk tegenaan loopt. Soms eerder bureaucr-atie dan discimin-atie, maar even vervelend. Soms ook regelrechte discriminatie: je bent jong, rijdt in een BMW van de zaak en wordt vervolgens van de weg gehaald vanwege Marokkaans+jong+dikke auto. Als je collega’s aan wie je je late terugkomst verklaart daar dan ook nog de humor van inzien voelt dat enorm vernederend.
Ook de welzijnssector kwam aan bod, en toch wel ontluisterende verhalen over ideeën waar R&M mee komt, die vervolgens verzanden in bureaucratie en onwil. Natuurlijk hoor je hier maar één kant van het verhaal, maar het verontrust wel.
Al met al was de conclusie op de wandeling terug (gedeeltelijk langs de bus 3 route) dat het een zinvolle dag was. Voor Jesse (daar ging het natuurlijk om), maar ik vond het zelf ook leuk om door de wijk te lopen en een beeld te schetsen van wat er zoal speelt. Dat is nogal anders dan wat je in de media meekrijgt. En dan zie je ook dat er veel goede dingen gebeuren in Oost. Goed ook dat Jesse zich als voorzitter van DWARS hiermee bezig houdt, en op deze manier inhoudelijk bezig is. Daar profiteert DWARS ook van.