21 juli
Op allerlei vlakken en plekken word je met angst geconfronteerd. Zeker als je met een documentaire bezig bent en je wat doorvraagt. Ook dan kom je soms muren tegen, maar dan muren die in de mensen zitten.
Het zal waarschijnlijk wel zijn opgevallen dat ik de naam van “onze Palestijn” die werd mishandeld door de Israelische politie niet heb genoemd, en zijn gezicht niet op de foto stond. Te gevaarlijk volgens veel mensen hier. Hij wilde ook zijn familie niet in beeld hebben bij de documentaire. Ons plan om de docu op youtube te zetten hebben we ook maar in de ijskast gezet. Dat is een voorbeeld van de keiharde realiteit die je hier af en toe in je gezicht slaat.
Een ander voorbeeld was vanmiddag, ook bij het filmen van de docu. Iemand die regelmatig op tv komt in Palestina, zich uitspreekt tegen de bezetting, en geen problemen heeft met publiciteit. Bij het checkpoint werd hij toch wat zenuwachtig. We stonden bij de voetgangersingang (een langwerpige kooi), en de anders niet zo eisende Osama drong er nu toch wel direct op aan om niet te lang te filmen: er hingen camera’s, je wist maar nooit of er nog ellende van kon komen. We hielden daar rekening mee en hielden het stukje hier kort. We hadden hem vlak hiervoor ook al uitgebreid thuis gesproken en veel (teveel) bruikbaar materiaal verzameld. Vooral het idee dat er al 2 keer soldaten waren langsgeweest om middenin de nacht het huis te onderzoeken maakte indruk op me. Je ziet het al voor je: klein jongetje, broer en zus en ouders, ‘s nachts op straat terwijl zwaar bewapende soldaten je kamer op z’n kop zetten.
Aangezien ik door het snelle filmen nog wat tijd overhad kon ik nog wat meehelpen met het verven van de apartheidsmuur. Op een stukje staat nu een mooi strand met palmen, strandbal en een zonnende dame. Dat maakt het iets draaglijker dan het lugubere grijze beton.
We eindigden met een Nederlandse maaltijd. Geen macaroni, maar bloemkool, gehaktballen, aardappelpuree en worteltjes. Pannekoeken als toetje. We werden geholpen door Roel, die ons eerder al spontaan ondersteunde bij het voetballen. Er was genoeg eten voor een vluchtelingenkamp, het duurde ook uren voor alles gebraden, gebakken en gekookt was.
Met anderhalf uur vertraging werd het eten geserveerd. Het viel goed en zwaar – Nederlands eten is wat minder geschikt voor dit klimaat. Als echte Nederlanders stortten de gastouders zich al snel op de pannekoeken, zodat ik niet eens de kans kreeg mijn eigen baksels te proeven. Mijn ballen waren in overvloed beschikbaar en heerlijk, al zeg ik het zelf. Een mooie afsluiting, en dan ook nog zicht op een lekker lange nacht. Morgen zijn de presentaties van de workshops, ik ben benieuwd.