Nog 3 nachtjes slapen, en dan is het tijd voor het congres. Naast het Gloggerspotten en Het Feest is er nóg een belangrijke bezigheid: het beginselprogramma en de amendementen erop.
Nu ben ik in z’n algeheel ook niet helemaal overtuigd van het nieuwe beginselprogramma. Het blijft moeilijk om de juiste balans te vinden tussen abstractheid (en dus vaag) en concreetheid (dus hoort het in het verkiezingsprogramma). Ook is er bij mijzelf de twijfel: wat moeten we hier uiteindelijk mee, en als consequentie daarvan, wat betekent dat voor wat ik op het congres ga doen? Uiteindelijk gaat het mij om twee zaken: wat vind ik van de inhoud van dit amendement, en vervolgens: moet dit in het beginselprogramma? Er zit namelijk ook wel wat zooi tussen, leuke stokpaardjes maar niet iets om je voor een beginselprogramma druk over te maken.
Een paar amendementen hebben mij wel getriggerd, in positieve en negatieve zin. Dat begint al bij punt 1, over ecologische duurzaamheid en sociale rechtvaardigheid. Daarmee zijn in één punt direct zowel het Groen als het Links van de partij aangepakt. Met de zin dat iedere wereldburger recht heeft op een evenredig aandeel in de schaarse natuurlijke bronnen wordt de balans tussen Groen en Links ook direct neergezet. En eigenlijk vind ik het wel prima zo. Dan hoeft er van mij geen punt bij over “het platteland in al zijn functies”.
Met name het eerste amendement trof mij, laat ik het maar voor het gemak het “alle mensen moeten dood”-amendement noemen. Dat vindt dat GroenLinks zich tegen bevolkingsgroei en voor krimp moet uitspreken. Ik denk niet dat het aangenomen gaat worden, maar als dat gebeurt zou ik wel een hele grote afstand met de Rest Van De Partij voelen. Het geeft “een betere wereld begint bij jezelf” wel weer een aparte invulling. Wat de schrijver zich waarschijnlijk niet zo heeft gerealiseerd is dat de grootste bevolkingsgroei in (voormalige) Derdewereldlanden plaatsvindt. Zijn amendement zou betekenen dat we als een stel neokolonisten Afrika moeten dwingen op te houden met kinderen krijgen, met alle desastreuze gevolgen vandien: kinderen zijn daar je zorg, je pensioeleef dan n, je status. Hier in het Westen krimpt de bevolking in veel landen al, in Nederland nog niet maar dat zal niet lang meer duren. Waarom dan een partij nog tegen mij gaat zeuren over hoeveel kinderen ik al dan niet zou moeten krijgen is mij een raadsel, zeker aangezien wij een stuk duurzamer leven dan een hoop kinderloze stellen. Ook het amendement erna, waarbij al wordt voorgesorteerd op economische krimp terwijl we toch de laagstbetaalden moeten helpen (meestal de eerste slachtoffers van economische krimp) kan ik niet steunen. Het gaat er niet om hoe groot de economie is, maar wat je ermee doet.
Op punt 2 (welzijn boven economische groei in euro’s) kan ik wat korter zijn, er ligt een betere formulering voor dat punt die me prima lijkt. Ook omdat dan “dierenwelzijn” terugkomt in de tekst. Dat geldt ook voor punt 3 (kiezen voor groene economie met maatschappelijke bondgenoten), waarbij trouwens begint op te vallen dat Kritisch GroenLinks telkens probeert om op allerlei concrete voorbeelden een standpunt in te nemen – een verkiezingsprogramma te schrijven zeg maar. Zo wordt voorgesteld om kernenergie af te wijzen. Dat is een logisch standpunt op dit moment, maar dat vloeit voort uit de onzekerheden over het afval en de veiligheid. Dat kan opgelost worden, en voor de lange termijn die zo’n beginselprogramma beslaat is niet te overzien of zo’n sterke afwijzing verstandig is. Dat geldt ook voor punt 4 (internationale solidariteit), waarbij en passant de financiële crisis in het amendement is gestopt.
Komen we bij punt 5, waar ik al eerder over schreef, over onderwijs. Mede dankzij mijn blogje staan “verheffing” en “van een dubbeltje een kwartje worden” op de nominatie voor sloop, met als voorstel “GroenLinks staat voor een onderwijsstelsel dat emancipatie en zelfontplooiing als ideaal heeft. Wij willen onderwijs dat voor iedereen, ongeacht herkomst, sekse of sociale klasse, de voorwaarden schept om hun talenten en ambities te ontplooien. Een goed opgeleide, divers samengestelde beroepsbevolking is immers een belangrijke voorwaarde voor een solidaire samenleving.”. Nou, prima. Hoeft niet eens over gestemd te worden.
Tot nu toe heb ik nogal de neiging om het partijbestuur in haar adviezen te volgen, bij punt 7 (pluriforme samenleving) ligt een amendement voor om daar het zelfbeschikkingsrecht aan toe te voegen in medisch-ethische kwesties. Dat is een punt waar ik het op zich mee eens ben, dus zou ik het partijbestuur vrolijk moeten negeren en voor stemmen. Wel de twijfel of dit punt inderdaad hier moet terugkomen. Maar ja, waar anders?
Niet bij punt 8 in elk geval, waar het over globalisering gaat. Kritisch GroenLinks e.a. proberen hier nog een dijkje om Nederland op te werpen, maar dat zal het waarschijnlijk niet gaan halen. Alweer een amendement dat probeert de hele tekst omver te gooien met veel concrete voorbeelden die hier niet thuishoren, onoverzichtelijk gemaakt door in één tekst zoveel mogelijk woorden als solidariteit, milieu en democratie te proppen. DWARS e.a. komen gelukkig met een voorstel dat de tekst wel verbetert, en bovendien een betere scheiding maakt tussen globale en lokale zaken.
Vervolgens komen wat punten langs met minder spannende amendementen, waarbij ook weer heel wat zout over allerlei slakken wordt gelegd. Dan zitten we al bij punt 12 over democratie, en gaan alle remmen los. Veel amendementen die besproken moeten worden. Ik zal er niet mee zitten als de waardering voor het compromis wordt weggeamendeerd. Dat hoeven we niet in een beginselprogramma te zetten, hoezeer we ook willen uitstralen dat we bestuurlijke verantwoordelijkheid willen nemen. Je kiest voor de optimale oplossing; in de ene situatie (met name als bestuurder) zal dat vaak een compromis zijn. In andere gevallen misschien niet. Of we verder kiezen voor radicale democratisering of gelijke zeggenschap zal mij verder een worst wezen.
De amendementen erna heb ik nog niet uitgebreid bestudeerd, maar daar zit zo te zien wat minder vuurwerk tussen. Dat uurtje in de trein komt dan mooi van pas.